NUGGETS – onbekende en vergeten goudklompjes uit de pophistorie, vrij 13 september 22-23 u + ma 16 september 22-23 u (hh)
Racey – Kitty (1979)
Edwin Starr – Running Back and Forth (1970)
Fats Domino – It Keeps Raining (1961)
Blaze Foley – If I Could Only Fly (1979)
Iggy Pop – Sister Midnight (1977)
Teresa Brewer – A Sweet Old Fashioned Girl (1956)
The Godz – Under The Table (1978)
Case – Oh (1983)
Alan Parsons Project – Time (1980)
The Traffic Jam – Almost But Not Quite There (1967)
Sailor – Traffic Jam (1974)
Brian Eno – Needles In The Camel’s Eye (1974)
The Buddies – I Miss You (1965)
Pugh’s Place – Nothing Is Real Here (1970)
Jeanne Moreau & Yves Duteil – L’adolescente (1979)
Cat’s Pyjamas – Virginia Water (1968)
Edwin Starr – Running Back And Forth:
Edwin Starr kennen we van War; de allereerste single bij Motown die een kritische noot kraakte in tegenstelling tot alle liefdesverhaaltjes bij het label. Het origineel was van The Temptations, maar die wilden het niet uitbrengen om de conservatieve fans niet af te schrikken. Starr was bij Motown terecht gekomen doordat zij het platenlabel Ric-Tic hadden overgenomen, maar gevoelsmatig werd hij door het management als een tweederangs artiest gezien ondanks een Top 10-hit in 1969. Wellicht was de reden hiervoor doordat geen van zijn 6 singles in 1967 en 1968 de lijsten wist te bereiken.
Op zijn oude label was Starr gematigd succesvol in 1965 en 1966. Zijn allereerste single was Agent Double-O Soul en deze naam is altijd aan hem blijven hangen. Zijn tweede plaat Back Street deed niet veel, maar werd in Engeland door de DJ’s in de dancings opgepikt. Het lied is feitelijk een muzikale beschrijving van zijn jeugd.
Intussen bleek dat Motown geld van de Europese verkopen van zijn singles achterover gedrukt had. Toen ze er mee geconfronteerd werden besloten ze het in delen aan Starr te betalen, maar vertelde tegelijkertijd dat ze geen plaat meer met hem zouden maken. Starr’s manager stelde daarom voor dat ze het geld hielden, maar Starr met onmiddellijke ingang zijn contract kosteloos mocht annuleren. Hij emigreerde hij naar Engeland, waar hij nog enkele (disco)hits had.
In 1999 werd hij door The Boss tijdens een concert in Nottingham het podium op gevraagd om samen met hem War te zingen. Starr trad ook regelmatig op in het Northern Soul-circuit en vlak voor zijn overlijden in 2003 werd hij door 20.000 Northern Soul-fans als ‘All-Time Favourite Artist’ gekozen.
Iggy Pop – Sister Midnight:
In 1977 kwam Iggy Pop met twee albums in de belangstelling; beiden zijn door David Bowie geproduceerd en dat is goed te horen. The Idiot en Lust For Life zijn uitstekende platen en boden Iggy Pop een nieuwe kans, weg van de ruige en rauwe rock van The Stooges.
Waar The Idiot een kruising is van Kraftwerk en James Brown en de dominantie van Bowie duidelijk voelbaar is, is Lust For Life meer Iggy Pop. Het album werd in acht dagen opgenomen en gedurende die periode sliep Pop nauwelijks. David Bowie werkte namelijk razendsnel en Pop wilde de controle houden. Lust For Life is dan ook meer ‘recht-toe-aan’ dan de voorganger, maar is eveneens genot om naar te luisteren. The Idiot opent met Sister Midnight en wordt gevolgd door Nightclubbing dat in latere jaren door Grace Jones tot een hit gemaakt werd. Op dezelfde zijde staat ook China Girl dat door Bowie in 1983 een wereldhit werd.
Andere actuele programmaberichten: