NUGGETS – onbekende en vergeten goudklompjes uit de pophistorie, vrij 7 juni 22-23 u + ma 10 juni 22-23 u (hh)
Toontje Lager – Ben Jij Ook Zo Bang (1982)
Nolan Porter – Keep On Keeping On (1971)
Lawrence Welk – Calcutta (1961)
Jerry Jeff Walker – Won’t You Give Me One More Chance (1976)
Fontane Sisters – Hearts Of Stone (1954)
Chicago – Dialogue (1972)
The Unwritten Law – This Whole World Is Blind (1967)
Malcolm McLaren – Living On The Road in Soweto (1983)
Johnny Rivers – The Poor Side Of Town (1966)
Rex Smith – You Take My Breath Away (1979)
Golden Earring – The Vanilla Queen (1973)
Jim Ed Brown – Pop A Top (1967)
Commodores – Slippery When Wet (1975)
Michael Redway – Good Morning (1973)
Jerry Jeff Walker – Won’t You Give Me One More Chance:
Won’t You Give Me One More Chance is geschreven door Lee Clayton. Jerry Jeff Walker zette het in 1976 op het album It’s A Good Night For Singing. Zelden een nummer gehoord waarin berusting, wanhoop, verlangen en hoop zo doeltreffend verwoord zijn. De melodie is relatief simpel, maar past naadloos bij de tekst.
Ik ben dol op country met een rock & roll gevoel. Die kwam in de ‘jaren zeventig’ echter niet uit Nashville, maar uit Texas. Tegenwoordig noemen de hokjesgeesten het Americana, maar in hetzelfde beeld zou Bob Dylan dat dan een bepaalde periode ook geweest zijn.
Commodores – Slippery When Wet:
In 1978 leerden we hen in Nederland kennen met de live-versie van Brick House, waarna we twee jaar lang vergast werden op mierzoete ballads. Lionel Richie vertrekt in 1982 waarna de kwaliteit van Commodores (ondanks twee grote hits) beduidend minder wordt. Richie zelf gaat op de oude voet verder, wisselt uptempo met stroperige ballads af en wordt een wereldster.
Onze marineofficieren zijn echter veel interessanter in de voorafgaande periode. In 1968 is de groep opgericht en de groepsnaam werd gekozen door het woordenboek open te slaan en blind een woord te kiezen. We got lucky; we almost became the commodes vertelde William King. Nu is de ladenkasten geen spannende naam, maar in Engeland hadden ze in een deuk gelegen, want daar is het ook een synoniem voor de toilet (crapper). Ineens krijgen liedjes als Too Hot Ta Trot en Slippery When Wet een heel andere (ont)lading. Afijn, we kunnen maar beter terug gaan naar de muziek, want er spoken nu allerlei Monty Python-achtige sketches door mijn hoofd.
In 1974 scoorden de Commodores hun eerste hit met Machine Gun. Slippery When Wet werd in 1975 #1 in de Amerikaanse R&B chart. Ik weet niet meer in welk programma, maar ik kan mij wel herinneren dat in een soort Toppop-achtige omgeving de heren hun monotone danspasjes lieten zien. Steriel, terwijl Slippery When Wet qua ritme toch heel andere bewegingen zou moeten oproepen. Ongeacht, het lied behoort tot mijn favoriete funk samen met liedjes van Parliament, Ohio Players en Prince.
Andere actuele programmaberichten: